Jeremia 44:25

SVZo spreekt de HEERE der heirscharen, de God Israels, zeggende: [Aangaande] u en uw vrouwen, zij hebben toch met uw mond gesproken, en gij hebt het met uw handen vervuld, zeggende: Wij zullen onze geloften, die wij beloofd hebben, ganselijk houden, rokende aan Melecheth des hemels, en haar drankofferen offerende; [nu,] zij hebben uw geloften volkomenlijk bevestigd en uw geloften volkomenlijk gehouden.
WLCכֹּֽה־אָמַ֣ר יְהוָֽה־צְבָאֹות֩ אֱלֹהֵ֨י יִשְׂרָאֵ֜ל לֵאמֹ֗ר אַתֶּ֨ם וּנְשֵׁיכֶ֜ם וַתְּדַבֵּ֣רְנָה בְּפִיכֶם֮ וּבִידֵיכֶ֣ם מִלֵּאתֶ֣ם ׀ לֵאמֹר֒ עָשֹׂ֨ה נַעֲשֶׂ֜ה אֶת־נְדָרֵ֗ינוּ אֲשֶׁ֤ר נָדַ֙רְנוּ֙ לְקַטֵּר֙ לִמְלֶ֣כֶת הַשָּׁמַ֔יִם וּלְהַסֵּ֥ךְ לָ֖הּ נְסָכִ֑ים הָקֵ֤ים תָּקִ֙ימְנָה֙ אֶת־נִדְרֵיכֶ֔ם וְעָשֹׂ֥ה תַעֲשֶׂ֖ינָה אֶת־נִדְרֵיכֶֽם׃ פ
Trans.kōh-’āmar JHWH-ṣəḇā’wōṯ ’ĕlōhê yiśərā’ēl lē’mōr ’atem ûnəšêḵem watəḏabērənâ bəfîḵem ûḇîḏêḵem millē’ṯem lē’mōr ‘āśōh na‘ăśeh ’eṯ-nəḏārênû ’ăšer nāḏarənû ləqaṭṭēr liməleḵeṯ haššāmayim ûləhassēḵə lāh nəsāḵîm hāqêm tāqîmənâ ’eṯ-niḏərêḵem wə‘āśōh ṯa‘ăśeynâ ’eṯ-niḏərêḵem:

Algemeen

Zie ook: Hand (lichaamsdeel), JHWH Zebaot, Maan (godin), Melecheth, Koningin van de hemel, Offer (drank-)

Aantekeningen

Zo spreekt de HEERE der heirscharen, de God Israëls, zeggende: [Aangaande] u en uw vrouwen, zij hebben toch met uw mond gesproken, en gij hebt het met uw handen vervuld, zeggende: Wij zullen onze geloften, die wij beloofd hebben, ganselijk houden, rokende aan Melecheth des hemels, en haar drankofferen offerende; [nu,] zij hebben uw geloften volkomenlijk bevestigd en uw geloften volkomenlijk gehouden.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

כֹּֽה־

-

אָמַ֣ר

Zo spreekt

יְהוָֽה־

de HEERE

צְבָאוֹת֩

der heirscharen

אֱלֹהֵ֨י

de God

יִשְׂרָאֵ֜ל

Israëls

לֵ

-

אמֹ֗ר

zeggende

אַתֶּ֨ם

-

וּ

-

נְשֵׁיכֶ֜ם

en uw vrouwen

וַ

-

תְּדַבֵּ֣רְנָה

gesproken

בְּ

-

פִי

zij hebben toch met uw mond

כֶם֮

-

וּ

-

בִ

-

ידֵי

en gij hebt het met uw handen

כֶ֣ם

-

מִלֵּאתֶ֣ם׀

vervuld

לֵ

-

אמֹר֒

zeggende

עָשֹׂ֨ה

ganselijk

נַעֲשֶׂ֜ה

houden

אֶת־

-

נְדָרֵ֗ינוּ

Wij zullen onze geloften

אֲשֶׁ֤ר

-

נָדַ֙רְנוּ֙

die wij beloofd hebben

לְ

-

קַטֵּר֙

rokende

לִ

-

מְלֶ֣כֶת

aan Melécheth

הַ

-

שָּׁמַ֔יִם

des hemels

וּ

-

לְ

-

הַסֵּ֥ךְ

offerende

לָ֖הּ

-

נְסָכִ֑ים

en haar drankofferen

הָקֵ֤ים

volkomenlijk

תָּקִ֙ימְנָה֙

bevestigd

אֶת־

-

נִדְרֵיכֶ֔ם

zij hebben uw geloften

וְ

-

עָשֹׂ֥ה

volkomenlijk

תַעֲשֶׂ֖ינָה

gehouden

אֶת־

-

נִדְרֵיכֶֽם

en uw geloften


Zo spreekt de HEERE der heirscharen, de God Israëls, zeggende: [Aangaande] u en uw vrouwen, zij hebben toch met uw mond gesproken, en gij hebt het met uw handen vervuld, zeggende: Wij zullen onze geloften, die wij beloofd hebben, ganselijk houden, rokende aan Melecheth des hemels, en haar drankofferen offerende; [nu,] zij hebben uw geloften volkomenlijk bevestigd en uw geloften volkomenlijk gehouden.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!